De Engelse tuin,
die omstreeks
1870 werd
aangelegd door
Hubertus Paulus
Hoevenaar,
ontstond rond
het kasteel
Geldrop op een
ongeveer
rechthoekige
plattegrond. De
grenzen zijn als
volgt: aan de
westkant ligt de
oprijlaan van
het kasteel, aan
de zuidkant de
Mierloseweg, aan
de oostkant de
Kleine Dommel en
aan de noordkant
het kasteelbos.
De tuin is aan
de Mierloseweg
gedeeltelijk
afgescheiden
door een
gemetselde
schansmuur. In
de noordwest
hoek van de
Engelse tuin
ligt het kasteel
, eveneens het
rentmeestershuis
annex koetshuis
en paardenstal ,
dienstwoning
en
aggregaat-huisje
. Het kasteel is
omringd door een
U-vormige
vijverpartij,
die
oorspronkelijk
deel heeft
uitgemaakt van
de slotgracht
die rond 1870
gedeeltelijk is
gedempt. In de
tuin liggen
diverse
slootjes, die
voor de
ontwatering
zorgen.
Omschrijving:
De tuin is een
Engelse
landschapstuin,
voorzien van
gebogen
rondlopende
zandpaden, die
grillig gevormde
percelen
omsluiten. Een
ander typisch
kenmerk, is de
verhoogde
ligging van het
kasteel ten
opzichte van het
niveau van de
omliggende tuin.
De opbouw van de
tuin bestaat uit
gazons, weiden
en bospercelen,
die qua grootte
wisselende
ruimten
insluiten,
omzoomd door
struiken en
boomgroepen met
gebogen
doorzichten over
de paden. De
beplanting is
zeer gevarieerd.
De bomen zijn
afkomstig uit de
gehele wereld
met name uit
Noord-Amerika en
het verre
Oosten. De
meeste exotische
bomen en
struiken staan
op en rond het
gazon direct ten
zuiden van het
kasteel. Aan de
rand van het
gazon staat een
sequoiadendron
of mammoetboom
uit Californië.
Dicht hierbij
staan twee
platanen, een
oosterse en een
mediterrane
soort. Met zijn
tweeën vormen ze
één koepelvormig
dak tot op de
grond, sommige
takken zijn met
elkaar
vergroeid.
Vanuit de
Hofstraat liep
vóór 1970 een
pad naar het
kasteel tussen
deze platanen
door. Vanaf de
platanen gezien,
over het gazon
heen, staat in
oostelijke
richting de
gigantische
treurbeuk, het
pronkstuk van de
tuin. De ring
onderaan de stam
is vermoedelijk
ontstaan door
het enten van de
boom. Aan de
zuidoosthoek van
de vijverpartij
staat een zeer
zeldzame boom,
de metasequoia.
De soort werd in
1948 voor het
eerst in de
westerse wereld
ingevoerd. Voor
die tijd werd
aangenomen dat
hij was
uitgestorven, er
waren slechts
fossielen van
bekend. De soort
werd in Tibet
ontdekt.
In de tuin
verderop naar
het oosten staat
een groen
blijvende eik
afkomstig uit
subtropische
gebieden.
Vanwege de
weelderige
begroeiing in de
Engelse tuin,
die een
temperende
invloed heeft op
de winterkoude,
kan de boom zich
handhaven.
De oprijlaan van
het kasteel is
voorzien van
laanbeplanting
met Hollandse
eiken. Waar de
Kleine Dommel
grenst aan de
Engelse tuin,
staat een brede
strook bomen,
waartussen zich
vrijwel geen
exotische
exemplaren
bevinden. Daar
staan groepen
inheemse
loofbomen, die
volgens de
traditie van de
Engelse tuin de
omlijsting van
de doorkijken
vormen.
Toegangspoort |
Oprijlaan |
In de
noordoosthoek
ligt de
Ezelweide.
Vroeger werd
deze aan één
kant begrensd
door een
esdoornlaan.
Deze esdoorns
zijn in 1942
omgewaaid. Een
stobbe op de
hoek van de
Ezelsweide
herinnert nog
aan deze laan.
Er staan vele
heesters,
waaronder
Amerikaanse en
Aziatische
soorten
rododendrons en
verscheidene
prunusen. In de
kruiplaag
(bodemflora) van
de Engelse tuin,
is er ook een
grote variatie,
vanwege de
verschillende
terreinomstandigheden:
grasvelden,
bosachtige
gedeelten en
waterkanten.
Genoemd kunnen
worden het in
het voorjaar
bloeiende
speenkruid,
madeliefjes,
gewone ereprijs
en de brunel. In
de Engelse tuin
zijn twee
weiden. De ene
bevindt zich ten
oosten van het
grote gazon en
de ander is de
eerder genoemde
Ezelsweide. Hier
bloeien in het
voorjaar o.a. de
bosanemoon,
sneeuwklokjes,
wilde hyacinthen
en narcissen en
zomers de
pinkster- en
boterbloemen,
zenegroen,
zuring en
hondsdraf. Voor
het kasteel
rondom het grote
gazon zijn de
uitheemse
planten te
vinden. Dit zijn
o.a. de
karmozijnbes uit
de tropische
streken en de
Perzische
bereklauw bij de
vijverpartij. De
slootjes zijn op
sommige plaatsen
bijzonder rijk
aan planten. In
het water vinden
we o.a.
waterweegbree,
sterrekroos,
waterkers,
waterkervel en
gele lis. Aan de
waterkant
groeien
verschillende
schermbloemen,
waaronder de
grote watereppe
en bitterzoet.
Waardering:
De tuin van de
buitenplaats
Kasteel Geldrop
is van algemeen
belang. Hij
heeft
cultuurhistorisch
belang als
bijzondere
uitdrukking van
een culturele en
sociaal-economische
ontwikkeling, in
het bijzonder de
ontwikkeling en
uitgroei van
buitenplaatsen
in de
negentiende en
vroeg twintigste
eeuw, uitgaande
van een ouder
kasteel met
aangehorigheden.
De tuin heeft
tuinhistorische
waarden; hij is
van belang voor
de geschiedenis
van de
tuinarchitectuur
en van bijzonder
belang door de
volledige
toestand waarin
het geheel is
bewaard
gebleven. Hij
heeft
ensemblewaarden
als bepalend
onderdeel van
een samenhangend
ensemble met
bijgebouwen en
is gaaf bewaard
gebleven. |